Doorgaan naar hoofdcontent

Afstandsonderwijs voor iedereen? Christel de Ceuster & Ludo Heylen


We maken binnen onderwijs nu zeer snel de bocht naar afstandsonderwijs. Leerkrachten plooien zich dubbel om zich in te werken in een nieuwe digitale wereld en kunnen al heel snel kinderen gepaste tools aanbieden. Dat vraagt flexibiliteit, volharding, veel werk en gedrevenheid. Gelukkig zijn onze leerkrachten daar sterk in. In vele gevallen kunnen we alleen maar bewondering hebben voor hoe het schoolse leven gewoon doorgaat in vele Vlaamse huiskamers. Kinderen volgen videolessen, kunnen chatten met leerkrachten, krijgen werkpakketten, worden tot lezen aangezet, noem maar op.  Scholen die eerder al hadden ingezet op de zelfsturing van kinderen, slagen er bovendien makkelijker in dan scholen die daarin nog beginnend zijn.

Er is echter een groep die dreigt te verdrinken en die de ondersteuning van de school mist. Nochtans is die groep vrij groot, met iets meer dan 19%: de kansarmen. Zij worden nu met meerdere problemen tegelijkertijd geconfronteerd en dat frustreert hen.


Hopeloos achterop

Nogal wat ouders vrezen dat hun kinderen hopeloos achterop geraken. Ze weten immers niet hoe ze structuur kunnen brengen in hun gezinswerking. Vooral omdat ze in kleine huizen wonen waar er onvoldoende plaats is. Er is bijvoorbeeld vaak geen plekje waar kinderen hun huiswerk kunnen maken. Het samenleven met mekaar is op zich al een uitdaging en zorgt voor spanningen. Het gebrek aan structuur zorgt voor een lager rendement van de aangeboden takenpakketten van de school.

Heel wat ouders hebben niet gestudeerd of spreken onvoldoende Nederlands en kunnen inhoudelijk niet helpen bij het ondersteunen van taken. Nochtans hebben veel kinderen dat eerste zetje nodig. Nogal wat kinderen in deze gezinnen geraken niet op dreef.

Taken worden verstuurd via smartschool maar er is vaak geen computer beschikbaar en bibliotheken zijn dicht. Daar kunnen ze nu niet terecht. Is er toch een computer in huis, dan moet die gedeeld worden met meerdere kinderen. Niet iedereen kan op hetzelfde moment op dezelfde computer. Dat zorgt voor heel wat frustraties tussen de familieleden, ook omdat strikte afspraken maken niet evident is. Een printer is een luxe die vaak niet aanwezig is. Nogal wat taken moeten geprint worden. Dat lukt niet bij hen. Veel van wat scholen aanbieden is dus niet bereikbaar voor deze groep.

Heel vaak communiceert de school rechtstreeks met de kinderen en weten ouders helemaal niet wat hun kinderen moeten doen. Ze weten niet welke taken tegen wanneer af moeten zijn. Ze kunnen hun kinderen dan ook niet opvolgen of controleren. Ouders voelen dat ze tekort schieten maar weten niet wat dan wel te doen.

Door al deze factoren is het risico niet denkbeeldig dat de groep kansarmen weinig schoolse vooruitgang boekt. De intentie van onderwijsminister Weyts om voor hen 10.000 laptops ter beschikking te stellen is alvast een warm en terecht initiatief.  Ook scholen kunnen een aantal stappen zetten door kansarme leerlingen én hun ouders bij het afstandsonderwijs duidelijk in het vizier te houden en op zoek te gaan naar maatregelen die hen versterken. Ik vroeg advies aan Christel De Ceuster, ervaringsdeskundige bij Tao.

Maatregelen voor kansarme ouders

Meer communicatie
Zorg voor open communicatie en indien mogelijk zelfs extra communicatie. Ze hebben er behoefte aan. Wat verlang je van de ouders? Wat wordt er gevraagd van de kinderen?
Zorg ook voor (telefonische)  bereikbaarheid want vele andere diensten waar ze normaal ondersteuning van krijgen zijn nu allemaal weggevallen. Sommige ouders zoeken ondersteuning  voor hoe ze met hun autistisch kind moeten omgaan, wat ze moeten doen met de dochter van 6 die geen taken wil maken. Ze willen weten ‘hoe pakt de juf dit normaliter aan?’

Aangepaste ondersteuning
Er is nood aan begeleiding van hoe ouders hun kinderen kunnen ondersteunen met de schooltaken. ‘Schooltje spelen thuis als ouder’ lukt de meesten niet. Wat wel helpt, zijn antwoorden op de vragen: ‘Hoe breng je structuur aan? Hoe ga je om met ruziënde kinderen? Hoe kan je kinderen stimuleren om hun schooloefeningen te maken? Met welke schooloefeningen begin je best?  Hoe organiseer je dat?’
De ondersteuning is best gericht op het gevoel van ouders. Daarmee bedoelen we dat je er best voor zorgt dat ouders zich niet langer machteloos voelen maar greep krijgen op hoe ze kinderen kunnen aansturen. Zorg ook dat ze minder stress ervaren. Maak duidelijk wat er verwacht wordt. Leg uit wat bingel is, wat smartschool is,…

Ouders helpen ouders
Het zou ook leuk zijn dat de school ouders met mekaar in contact brengt. Zo kunnen ouders mekaar helpen in het verkennen van Skype of ander communicatiekanalen. Het is immers voor beginners vaak makkelijker (de voor hen vaak schijnbaar naïeve en domme) vragen te stellen aan andere ouders dan wel aan leerkrachten.

Maatregelen voor kansarme kinderen

Toegankelijkheid voor opdrachten vergroten
Voorzie regelmatig opdrachten op papier zodat er geen printer nodig is. Zorg verder voor een helpdesk bij online opdrachten. Klasgenoten kunnen helpdesk zijn voor andere kinderen maar dat wordt best vanuit de school georganiseerd.

Meer opvolging nodig
Volg nauwkeurig op of alle kinderen verder kunnen. Zorg dat je weet welke kinderen mee zijn en welke niet. Gebruik daarvoor verschillende kanalen en bel ook regelmatig met de ouders of de leerlingen. Zoek uit welke ondersteuning ze nu nodig hebben. Kijk of je vanop afstand de nodige zetjes kan geven om hen uit te dagen.

Gedifferentieerde opdrachten
Werk gedifferentieerd waarbij je rekening houdt met het feit dat thuissituaties erg verschillend kunnen zijn. Wees alert bij opdrachten waarbij kinderen materiaal moeten gebruiken. Zorg ervoor dat daarin voldoende varianten zijn waarbij materiaal minder een rol speelt.
Geef niet elk kind dezelfde opdracht. Werk vanuit hun noden, hun mogelijkheden en sterktes en  vanuit hun context. Dat vraagt wat inlevingsvermogen maar heel wat leerkrachten doen dit ook dagelijks in face to face onderwijs. Ook voor afstandsonderwijs is differentiatie een noodzaak (hierover biedt CEGO trouwens een interessante digitale cursus aan die in april zal verschijnen). Zoek naar de juiste oefeningen voor deze kinderen.

Extra aandacht
Maar vooral: deze kinderen hebben jouw ondersteuning als leerkracht nodig om op peil te blijven, om te kunnen groeien, om uitgedaagd te worden. Ze hebben jou nodig als pedagogisch oplaadpunt om zelfvertrouwen op te doen, om nieuwe paden te verkennen, om stappen te kunnen zetten in hun leerproces. Geef hen vertrouwen, geef hen houvast, geef hen geloof in hun eigen groeimogelijkheden. Dat vraagt een perspoonsgerichte begeleiding die soms makkelijker is vanop afstand dan in de klas waar andere kinderen ook je aandacht vragen.  Er zijn leerkrachten die kinderen elke dag even opbellen. Dat kost heel wat tijd maar is voor deze doelgroep bijzonder belangrijk.

En straks?

Als straks de scholen weer opengaan, hebben deze kinderen jou als leerkracht nog steeds hard nodig. Dan komt het erop aan om deze kinderen te blijven activeren en motiveren en het onderste uit de kan te halen. Toon jouw geloof in hun groeikansen. Toon hen dat je erop vertrouw dat het goed komt met hen. Ga samen met hen een plan aan om samen de eindmeet te halen. Want dat hebben ze echt nodig: een leerkracht die er is voor hen, die gelooft in hen en die hen groeigericht ondersteunt wanneer het moeilijk gaat. 

Christel De Ceuster & Ludo Heylen

 

Reacties

Populaire posts van deze blog

Kus de talenten wakker! (deel 2) - De talentenarchipel (Ivan Van Gucht)

Een s chatkaart om talentenkiemen te ontdekken De talentenarchipel is een verzameling van eilanden die wordt weergegeven als een landkaart of schatkaart. Elk eiland heeft een bijzonder betekenis en verwijst naar een van de negen competenties of ontwikkelingsdomeinen. Op de eilanden kunnen kinderen hun interesses en talenten ontdekken. Elk van deze eilanden is onderdeel van een groter geheel. Dat grotere geheel is het mannetje dat wordt gevormd door al deze eilanden samen. Geen enkel eiland misbaar De archipel heeft een symbolische waarde. De eilanden liggen weliswaar los van elkaar in het water, maar geen enkel eiland is misbaar, omdat dan het geheel niet meer compleet is. De eilanden worden in eerste instantie los van elkaar benaderd. Maar zowat elke activiteit die kinderen doen, kun je op meerdere eilanden plaatsen. Er zijn dus veel raakvlakken en overlappingen.   Talenten ontdekken De visuele vormgeving van de archipel spreekt kinderen aan. Het idee dat je op die eilanden

CEGO ThuiswerkTip: je werkwinkel of routeplanner op orde - Ivan Van Gucht

Nu je als leraar, al dan niet in beurtrol, gedwongen bent om thuis te werken, kan je de tijd nemen om verschillende zaken op punt te stellen. Zo kan je misschien eindelijk eens die routeplanner of de werkwinkel op orde stellen. Hierbij graag enkele tips en ideetjes. Een werkwinkel? Een routeplanner? Met een werkwinkel of routeplanner kun je als leerkracht uitstekend antwoorden op de tempoverschillen in je klas. Kinderen kunnen op een speelse en aantrekkelijke manier leren. Tegelijkertijd bevordert het hun zelfstandigheid. Als leerkracht blijf je zoeken naar gepaste manieren om met die verschillen tussen kinderen om te gaan. Dat is onder meer het geval op vlak van buffertijd. Dat is de tijd die vrijkomt wanneer kinderen een bepaalde taak hebben afgewerkt terwijl anderen nog bezig zijn. Een werkwinkel of routeplanner geeft daarop antwoord vanuit het groeimodel, waarbij kinderen vanuit hun sterke kanten worden aangesproken. Leren gebeurt immers met vallen en opstaan. Daarbij wor

Help, hoe motiveer ik mijn leerlingen?! - Nele Van Oosten

A ls motiveren niet vanzelf gaat,  B eginnen we beter bij het begin, C oronatijden of niet. Na drie weken afstandsleren zit ik hier met een licht hoera gevoel. Oef, we hebben het gehaald. En toch ook wel: oei, wat zal het na de paasvakantie worden? Intussen weten we dat - als de scholen dichtblijven - er ook  nieuwe leerstof op het programma zal staan. Mij deed het even sidderen, net een beetje m’n draai gevonden en alweer een nieuw appèl: nieuwe leerstof aanbieden én je leerlingen gemotiveerd houden.  Hoe werkt motivatie voor leerlingen dan? Motivatie kent drie componenten en ze zijn universeel: ze gelden dus even goed voor ons als volwassenen. Als we nog een poosje doorgaan, dan is dit abc wellicht een mooie leidraad.  Bron: Dierickx & Hornikx - PXL Hogeschool Uit wat thuis werkt (2 lagereschoolkinderen  en 1 tiener in het secundair) en uit mijn job als onderwijscoach bundelde ik een aantal suggesties.  Bekijk het als een menu, eet niet alles van de kaart,  maar