Doorgaan naar hoofdcontent

Leerdoelen behalen na knip in onderwijstijd - Liesbeth Borms en Bart Van Spaendonk

Afstandsonderwijs én nieuwe leerstof… hoe pakken we dat aan? We zijn allemaal zoekende in deze heel bijzondere paasvakantie – aldus leerkrachten en directies.

Heel wat scholen zetten de voorbije weken resoluut in op persoonlijk contact met hun leerlingen en ouders. Hetzij digitaal, hetzij op een andere manier om de lijn wat vast te houden, om de verbinding, de band met elkaar niet te verliezen.

Het aanbod aan herhalingsoefeningen, aan gymnastische huis-, tuin- en keuken-challenges, aan mini-projectjes van ei tot kip of de Franse Revolutie in een notendop, aan verhalen met opdrachten en eigenhandig gemaakte fotoreeksen, je kan het niet gek genoeg bedenken, of onze creatieve leerkrachten gingen ermee aan de slag. Onze scholen, leerkrachten en directies hebben dat goed gedaan!


Een volgende fase: de herhaling voorbij

Nu is het echter tijd om verder te gaan dan herhalen. Een nieuwe uitdaging waarbij we leerkrachten graag wat tips meegeven. We zien daarbij 2  belangrijke aandachtspunten voor leerkrachten bij het aansnijden van nieuwe leerstof op afstand.

Laat ons vooral realistisch blijven met onze verwachtingen naar gezinnen.
  • Hoe zie jij preteaching? Preteaching is een eerste maal kennismaken met nieuwe leerstof, die dit keer vanop afstand wordt aangeboden. Het is leerstof die bij de herstart van de scholen dan opnieuw zal ‘gekauwd’ worden. De leerstof wordt dus sowieso opnieuw aangeboden door de leerkracht in de klas. De mantra ‘herhaling is de beste leerschool’ is hier dus absoluut aan de orde. Het inzetten op gedifferentieerd werken bij de heropstart van scholen biedt kinderen de kans deze leerstof met of zonder de leerkracht opnieuw op te nemen en te verwerken. 
  • Hoe ver ga je met het doorsturen van nieuwe leerstof?
    • Kies voor een duidelijke structuur die haalbaar is voor je kinderen en hun ouders,  los van tijd en ruimte. Zorg ervoor dat gezinnen autonomie en zelfsturing kunnen ervaren binnen jouw aanbod: biedt kinderen de kans om  instructiefilmpjes te bekijken, deel te nemen aan mini-klasjes, … Dat zijn zeker mooie opties.
    • Zorg dat leerlingen en ouders weten wanneer en hoe ze je kunnen contacteren. Voorzie bv. dagelijks twee momenten waarop je online beschikbaar bent. Communiceer die momenten ruim op voorhand, zodat gezinnen er in hun planning rekening mee kunnen houden.
    • Naast vrijblijvende contactmomenten, is het  organiseren van regelmatige online groepsbijeenkomsten zeker het overwegen waard, waar mogelijk. We hunkeren naar verbondenheid. Een gezamenlijke dagopstart komt tegemoet aan die nood en biedt tevens structuur.
  • Hoe zet je in op opvolging en feedback? Kies hierbij voor haalbaarheid en regelmaat. Opteer voor de rol van coach of begeleider. Geef feedback in kleine stukjes volgens duidelijk opgestelde criteria. Dit gaat al goed, wat is nu de volgende stap in dit leerproces? 
  • Wat met evaluatie?  
    • De preteach-leerinhouden kunnen en mogen zeker geëvalueerd worden. Dit is eigenlijk ‘zachte’ (formatieve) evaluatie, in functie van opvolging en feedback. Rapporttoetsen zijn dit dus zeker niet. De ‘harde’ (summatieve) evaluatie kan je later afnemen nadat de leerstof opnieuw aangeboden en herkauwd werd in de klas.
    • Durf je evaluatiebeleid te herdenken…  Toetstijd is geen leertijd en net aan dat laatste voelen we nu een gebrek. Heb je in het lager onderwijs écht een toetsweek nodig om een beeld te krijgen van het kennen en kunnen van je leerlingen? Moeten er in het secundair voor àlle vakken examens worden afgelegd? Bieden de oefeningen die leerlingen tijdens de les maakten en jouw observaties van hun werkhouding en zelfsturing hierbij niet voldoende informatie? Wellicht is een puntenrapport nu niet op zijn plaats, maar zijn zowel leerlingen als leerkrachten meer gebaat met goed geformuleerde procesgerichte feedback. 

Wat worden jouw prioriteiten in dit preteach verhaal? Hoe zullen we de knip in de onderwijstijd van dit schooljaar bijbenen?
  • De grote uitdaging voor leerkrachten ligt erin zich heel goed wegwijs te maken - voor wie dat nog niet zou zijn - in kennis van de vooropgestelde leerdoelen. M.a.w. welke kennis, vaardigheden en attitudes - of een integratie ervan in competenties - moeten kinderen en jongeren verwerven per niveau? Om dit zwart op wit te hebben, kan je best je leerplan naast je methodes of handleidingen leggen. Doe de test… wat moet wel, wat moet niet?
  • Jawel… durf te schrappen! Methodes en handleidingen bieden al te vaak zoveel meer aan dan de essentiële doelen die het leerplan voorschrijft. Haal die essentie eruit en zet daarop in. De rest is ballast en brengt jou en de kinderen  sowieso in tijdnood. Kinderen en jongeren die nood hebben aan meer uitdaging, kan je deze leerinhouden gerust voorschotelen, maar het blijft extra.
Vier Toetsstenen

Voor schoolteams is dit nieuwe schoolgebeuren absoluut een hele uitdaging om het aansnijden van nieuwe leerstof rustig en gestructureerd in goede banen te leiden. Hierbij kan je als school steunen op volgende 4 toetsstenen:
  1. Steun op een participatief beleid, waarbij iedereen zich mee verantwoordelijk voelt en in zijn kracht kan staan. Deze aanpak biedt kansen om uit te monden in nieuwe en verfrissende co-creatie. Wie is waar goed in en zetten we hier ook op in? Benutten we elkaars talenten voldoende? Kennen we elkaars talenten wel binnen het team? Wie krijgt waar energie van? 
  2. Blijf trouw aan de bestaande visie van je school.  Hoe groot de verleiding ook is om het roer om te gooien en in deze uitzonderlijke situatie te gaan experimenteren met allerlei nieuwe werkvormen, toch is het vooral belangrijk om naar de kern te gaan. Vergeet niet dat het klimaat nu niet ideaal is om meer nieuwe systemen te implementeren dan nodig. Elke vorm van herkenning en houvast is voor iedereen méér dan welkom. Vele systemen die je al gebruikte in je gewone klaspraktijk, kan je met enige creativiteit perfect toepassen tijdens de periode van preteaching: werken met gedifferentieerde taken, werken in sporen, het gebruikmaken van coöperatieve werkvormen, autonomie geven en werken aan zelfsturing.
  3. Onder de noemer sharing is caring kan heel veel informatie en materiaal tussen scholen worden uitgewisseld en gedeeld. Dat doen leraren best al veel, bijvoorbeeld via Klascement.  Ook binnen de school zelf is het een goed idee om zoveel mogelijk goede praktijkvoorbeelden, opgedane kennis, nieuwe tools en instrumenten met elkaar te delen. Daaruit kunnen hele nieuwe dingen gemaakt worden, een mooie vorm van co-creatie dus. Vergeet ook de gezinnen niet! Wie heeft wat nodig en welke ondersteuning bieden wij hier? Zijn er materialen in onze school die we nu niet nodig hebben en kunnen uitlenen… Dat kan gaan om basismateriaal uit de hoeken, uit de klasbib, gezelschapsspellen, noem maar op. 
  4. Blijf lachen zonder de ernst van de situatie uit het oog te verliezen. Het komt wel goed met die leerlingen van ons, vertrouw er maar op.
Hoe organiseren we dit allemaal zonder druk en stress de bovenhand te laten krijgen? We weten immers dat het afwerken van het lessenpakket, het behouden van structuren, het bewaken van onderwijstijd… voorheen ook reeds serieus onder druk stond.   
Laat Corona dé factor zijn die leerkrachten en teams verplicht om na te denken over het doelgericht aanbod in klassen, in groepen, in niveaus…  Laat ons met z’n allen deze periode vastgrijpen om onze vastgeroeste structuren en 20e-eeuwse organisatievormen overboord te gooien. Laat ons stilstaan bij onze kernopdracht, laat onderwijs teruggaan naar de essentie om van hieruit nieuwe hedendaagse, duurzame structuren en organisatievormen op te zetten die tegemoetkomen aan de noden van leerlingen, van leraren én van scholen..


Het lijkt ons interessant om dan te kiezen voor een duidelijk kader zoals The Golden Circle van Simon Sinek. Hij omschrijft hoe belangrijk het is om steeds te vertrekken vanuit de bedoeling, iets wat ook wij binnen onderwijs zeker moeten doen. Wat is onze bedoeling? Wat is de richting die we willen uitgaan? Het zijn belangrijke vragen om ons te stellen, ook nu bij afstandsonderwijs. Zo kunnen we in deze weken van preteaching en nadien, bij de heropstart van de scholen, verantwoord en doordacht keuzes maken om binnen de resterende onderwijstijd, zo optimaal mogelijk tegemoet te komen aan de noden en de behoeften in het leerproces van élk kind. 

Liesbeth en Bart

Reacties

Populaire posts van deze blog

Kus de talenten wakker! (deel 2) - De talentenarchipel (Ivan Van Gucht)

Een s chatkaart om talentenkiemen te ontdekken De talentenarchipel is een verzameling van eilanden die wordt weergegeven als een landkaart of schatkaart. Elk eiland heeft een bijzonder betekenis en verwijst naar een van de negen competenties of ontwikkelingsdomeinen. Op de eilanden kunnen kinderen hun interesses en talenten ontdekken. Elk van deze eilanden is onderdeel van een groter geheel. Dat grotere geheel is het mannetje dat wordt gevormd door al deze eilanden samen. Geen enkel eiland misbaar De archipel heeft een symbolische waarde. De eilanden liggen weliswaar los van elkaar in het water, maar geen enkel eiland is misbaar, omdat dan het geheel niet meer compleet is. De eilanden worden in eerste instantie los van elkaar benaderd. Maar zowat elke activiteit die kinderen doen, kun je op meerdere eilanden plaatsen. Er zijn dus veel raakvlakken en overlappingen.   Talenten ontdekken De visuele vormgeving van de archipel spreekt kinderen aan. Het idee dat je op die eilanden

CEGO ThuiswerkTip: je werkwinkel of routeplanner op orde - Ivan Van Gucht

Nu je als leraar, al dan niet in beurtrol, gedwongen bent om thuis te werken, kan je de tijd nemen om verschillende zaken op punt te stellen. Zo kan je misschien eindelijk eens die routeplanner of de werkwinkel op orde stellen. Hierbij graag enkele tips en ideetjes. Een werkwinkel? Een routeplanner? Met een werkwinkel of routeplanner kun je als leerkracht uitstekend antwoorden op de tempoverschillen in je klas. Kinderen kunnen op een speelse en aantrekkelijke manier leren. Tegelijkertijd bevordert het hun zelfstandigheid. Als leerkracht blijf je zoeken naar gepaste manieren om met die verschillen tussen kinderen om te gaan. Dat is onder meer het geval op vlak van buffertijd. Dat is de tijd die vrijkomt wanneer kinderen een bepaalde taak hebben afgewerkt terwijl anderen nog bezig zijn. Een werkwinkel of routeplanner geeft daarop antwoord vanuit het groeimodel, waarbij kinderen vanuit hun sterke kanten worden aangesproken. Leren gebeurt immers met vallen en opstaan. Daarbij wor

Help, hoe motiveer ik mijn leerlingen?! - Nele Van Oosten

A ls motiveren niet vanzelf gaat,  B eginnen we beter bij het begin, C oronatijden of niet. Na drie weken afstandsleren zit ik hier met een licht hoera gevoel. Oef, we hebben het gehaald. En toch ook wel: oei, wat zal het na de paasvakantie worden? Intussen weten we dat - als de scholen dichtblijven - er ook  nieuwe leerstof op het programma zal staan. Mij deed het even sidderen, net een beetje m’n draai gevonden en alweer een nieuw appèl: nieuwe leerstof aanbieden én je leerlingen gemotiveerd houden.  Hoe werkt motivatie voor leerlingen dan? Motivatie kent drie componenten en ze zijn universeel: ze gelden dus even goed voor ons als volwassenen. Als we nog een poosje doorgaan, dan is dit abc wellicht een mooie leidraad.  Bron: Dierickx & Hornikx - PXL Hogeschool Uit wat thuis werkt (2 lagereschoolkinderen  en 1 tiener in het secundair) en uit mijn job als onderwijscoach bundelde ik een aantal suggesties.  Bekijk het als een menu, eet niet alles van de kaart,  maar