Doorgaan naar hoofdcontent

Paniek! - Marieke Holvoet

Paniek! Mijn derde kleuter moet volgend jaar naar het eerste leerjaar.
“Mijn dochter gaat volgend jaar naar het eerste leerjaar en daar zal ze niet klaar voor zijn!” Vanop 2 meter afstand hoor ik de wanhoopskreet van mijn vriendin aan. Ze schat haar ouderschapskwaliteiten heel laag in want de juf gaf reeds opdrachten mee die zij, als niet-perfecte moeder (wie is dat wel?), mooi maar vol schuldgevoel aan de kant heeft geschoven. “Ik kan het niet opbrengen…ik ben al blij als ik eens zelf kook en geen kant-en-klare maaltijd bestel.” De suggesties van de juf om letterkoekjes te bakken, samen paardjesspel te spelen en de letters uit de krant te knippen, werden voor dochterlief heimelijk verzwegen. 



Veel ouders zitten in hetzelfde schuitje. En ja, hun kind maakt volgend jaar de stap naar het eerste leerjaar. “Op school leren ze zo veel.” Klopt! Maar de school is er nu even niet. Een andere context vraagt andere manieren van leren. 
De schrik slaat zowel ouders als leerkrachten uit de derde kleuterklas om het hart. Er staat immers wel wat te gebeuren voor die 3e kleuters. Hét grote verschil met de kleuterklas: leren gebeurt veel meer vanuit een vooropgesteld programma, minder vanuit vrij spel. ‘Nu rekenen, straks taal.’ Het klopt dat de kleuter hiervoor enkele vaardigheden moet beheersen. Deze kunnen gestimuleerd worden via specifieke activiteiten zoals de letters uit de krant zoeken ifv visuele discriminatie, en zoals ‘betalen en tellen’ bij het spel in de winkel. Maar dat kan evenzeer door gewoon in de omgang aandacht te richten op het gebruik van taal en hoeveelheden.
Laat je kleuter spelen, ravotten, prutsen, hangen, lummelen en zich vervelen …  maar zorg dat je je tijdens interacties met je kind bewust bent van de meerwaarde van jezelf als volwassene. Wees samen met je kind nieuwsgierig naar die nieuwe onbekende wereld van letters en cijfers, teksten en berekeningen! Maak opmerkingen, stel vragen, … gebruik de dagelijkse interactie als middel om aandacht te vestigen op bepaalde aspecten die je kind hogerop zullen tillen in zijn/haar (denk)ontwikkeling. Ook in de klas kunnen we op die manier kinderen heel sterk vooruit helpen, zelfs zonder de specifieke, verplichte voorbereidende activiteiten. 
Aan alle bezorgde ouders en leerkrachten… je kleuter oefent al jaren op enkele noodzakelijke algemene vaardigheden! 
  • Luisteren naar wat je zegt 🡪 “trek je pyjama aan en poets je tanden”
  • even blijven zitten 🡪 “Zit even neer wanneer je eet.”
  • even volhouden 🡪 “We zijn bijna thuis, nog even doorwandelen/-fietsen” 
  • werken op papier 🡪 “Dank je, nog een tekening voor aan de frigo.” 
  • zelf aan de slag gaan 🡪 “nu moet je het zelf doen, mama is nu nog aan de telefoon” 
  • fouten maken is ok 🡪 “ ##**# ik heb mijn eten laten aanbranden.” “Joepie, afhaalpizza!”
Deze oefenkansen zitten ingebakken in ons dagelijkse leven, zowel thuis als in de klas. Je bent dus al aan het timmeren aan de weg naar het eerste leerjaar. 
Maar dan zijn er ook nog de letters en de cijfers. Waar dat in de klas regelmatig aan bod komt binnen specifieke activiteiten, is het thuis niet evident om extra activiteiten te organiseren. Thuis heb je dan weer het voordeel dat je geen 25 kinderen hoeft te begeleiden! Je kan je kind ook op een meer informele manier inleiden in de wondere wereld van klanken en hoeveelheden. Gewoon door af en toe bewust aandacht te geven aan situaties.

 We gaan ervan uit dat kinderen - wanneer ze naar het eerste leerjaar gaan - klanken kunnen herkennen binnen woorden. We verwachten dat ze weten dat die klanken neergeschreven kunnen worden in een bepaalde code, namelijk ‘de letters’. Ze kunnen hoeveelheden tellen en vergelijken. Tegelijk weten ze dat deze neergeschreven kunnen worden in cijfers. De neerschreven symbolen zijn zeer specifiek waarbij ze details herkennen maar waardoor de kinderen ook zelf heel fijn en gedoseerd met hun potlood overweg  kunnen om deze volgend jaar te leren schrijven. 
Probeer dus thuis met je kleuter gewoon regelmatig de aandacht te richten op deze kenmerken tijdens gesprekken tussendoor. 
“Hoor je dat? In mijn naam: ‘Katrien’, zit er ‘kat’.” “Schuif even de s –t- oe-l aan de tafel.”  (benoem een woord met de afzonderlijke klanken 🡪 geen letters!) 
Gebruik woorden uit de liedjes die je kleuter zingt, namen uit filmpjes die hij bekijkt, situaties die zich voordoen thuis. 
Vraag wat je kleuter wil eten en schrijf dit op terwijl hij erbij zit (in drukletters, per klank) terwijl je de klanken traag uitspreekt. Wijs je kleuter op verschillen in uitzicht van die letters. “Hé, deze ‘F’ is bijna hetzelfde als de ‘E’ uit je naam. Wat is er anders?” “Kijk, ik zie een letter op de melkdoos die ook in mijn naam zit. jij ook?” 
Gebruik symbolen op verpakkingen van eten, op kleren, in de krant, op verkeersborden, … als aanknopingspunt. 
“Kijk, dat is een raar symbool op die affiche,… dat is geen stuk van een woord… dat is een volledig woord ‘vier’. Om te tellen dus.” 
En zo kan je ook met hoeveelheden aan de slag gaan. 
“Kijk daar staan vier auto’s.” “Je mag vooruit wandelen tot na het derde huis.” “We zullen thuis zijn nadat we het verkeerspunt met 5 straten zijn gepasseerd.” “Hebben we nu meer appels of meer peren mee van de winkel?” “Hoeveel meer?” 
Wijs de zinnen, en woorden die je leest tijdens het avondverhaal met je vinger aan. “Tiens, ik ga altijd dezelfde kant op, van links naar rechts! Wat zou er gebeuren als ik het omgekeerd zou doen?”
Laat je kleuter ook tekenen met fijne materialen op kleine oppervlakten. Ook eens een potlood met een scherpe punt, een dun stiftje, een vulpotlood,… op de achterkant van een etiket, op een bierviltje, op een visitekaartje. Fijn en klein werken is niet zo makkelijk… maar door te oefenen kan je groeien.
Door kleine dingen vanuit specifieke voorwaarden van schoolrijpheid, regelmatig te herhalen tijdens je dagdagelijkse interactie met je kind kan je je kind al veel inzichten meegeven in functie van zijn stap naar het eerste leerjaar. 
 “Maar…soms heb ik het gewoon gehad met rustig, begripvol en met volle aandacht voor leerkansen te communiceren.” Piept mijn vriendin. “Hou je gewoon van de domme, vergeet wat je weet, ga  mee in de flow van verwondering over het begrijpen van die abstracte symbolen. En geen paniek, … je hebt tijd tot september!” 
Marieke

Bronnen: 
Nascholingstraject Cego: Van kleuterklas naar eerste klas: een hele stap of een heel proces.
Litière, M. (2008). Juf, mag ik overvaren: Schoolrijpheid, als het kleuteren voorbij is. (4de editie). Tielt, België: Lannoo.
Moonen, E. (2012). Dwaalspoor dyslexie. Antwerpen, België: Standaard Uitgeverij.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Kus de talenten wakker! (deel 2) - De talentenarchipel (Ivan Van Gucht)

Een s chatkaart om talentenkiemen te ontdekken De talentenarchipel is een verzameling van eilanden die wordt weergegeven als een landkaart of schatkaart. Elk eiland heeft een bijzonder betekenis en verwijst naar een van de negen competenties of ontwikkelingsdomeinen. Op de eilanden kunnen kinderen hun interesses en talenten ontdekken. Elk van deze eilanden is onderdeel van een groter geheel. Dat grotere geheel is het mannetje dat wordt gevormd door al deze eilanden samen. Geen enkel eiland misbaar De archipel heeft een symbolische waarde. De eilanden liggen weliswaar los van elkaar in het water, maar geen enkel eiland is misbaar, omdat dan het geheel niet meer compleet is. De eilanden worden in eerste instantie los van elkaar benaderd. Maar zowat elke activiteit die kinderen doen, kun je op meerdere eilanden plaatsen. Er zijn dus veel raakvlakken en overlappingen.   Talenten ontdekken De visuele vormgeving van de archipel spreekt kinderen aan. Het idee dat je op die eilanden

CEGO ThuiswerkTip: je werkwinkel of routeplanner op orde - Ivan Van Gucht

Nu je als leraar, al dan niet in beurtrol, gedwongen bent om thuis te werken, kan je de tijd nemen om verschillende zaken op punt te stellen. Zo kan je misschien eindelijk eens die routeplanner of de werkwinkel op orde stellen. Hierbij graag enkele tips en ideetjes. Een werkwinkel? Een routeplanner? Met een werkwinkel of routeplanner kun je als leerkracht uitstekend antwoorden op de tempoverschillen in je klas. Kinderen kunnen op een speelse en aantrekkelijke manier leren. Tegelijkertijd bevordert het hun zelfstandigheid. Als leerkracht blijf je zoeken naar gepaste manieren om met die verschillen tussen kinderen om te gaan. Dat is onder meer het geval op vlak van buffertijd. Dat is de tijd die vrijkomt wanneer kinderen een bepaalde taak hebben afgewerkt terwijl anderen nog bezig zijn. Een werkwinkel of routeplanner geeft daarop antwoord vanuit het groeimodel, waarbij kinderen vanuit hun sterke kanten worden aangesproken. Leren gebeurt immers met vallen en opstaan. Daarbij wor

Help, hoe motiveer ik mijn leerlingen?! - Nele Van Oosten

A ls motiveren niet vanzelf gaat,  B eginnen we beter bij het begin, C oronatijden of niet. Na drie weken afstandsleren zit ik hier met een licht hoera gevoel. Oef, we hebben het gehaald. En toch ook wel: oei, wat zal het na de paasvakantie worden? Intussen weten we dat - als de scholen dichtblijven - er ook  nieuwe leerstof op het programma zal staan. Mij deed het even sidderen, net een beetje m’n draai gevonden en alweer een nieuw appèl: nieuwe leerstof aanbieden én je leerlingen gemotiveerd houden.  Hoe werkt motivatie voor leerlingen dan? Motivatie kent drie componenten en ze zijn universeel: ze gelden dus even goed voor ons als volwassenen. Als we nog een poosje doorgaan, dan is dit abc wellicht een mooie leidraad.  Bron: Dierickx & Hornikx - PXL Hogeschool Uit wat thuis werkt (2 lagereschoolkinderen  en 1 tiener in het secundair) en uit mijn job als onderwijscoach bundelde ik een aantal suggesties.  Bekijk het als een menu, eet niet alles van de kaart,  maar